Bestuur
Hallo, mijn naam is Marcel Fehling. Ik ben getrouwd en heb vier kinderen. In 2003 ben ik gevraagd om toe te treden in het bestuur. Na een tijdje commissaris te zijn geweest ben ik gevraagd voor de functie van secretaris en sinds 2015 als voorzitter. Ik werk bij Royal Flora Holland als teammanager. Ik heb sinds dat ik een jaar of 12 was duiven, inmiddels dus al 40 jaar. Het vreemde is dus dat niemand in mijn familie ook maar één duif had. Door vriendjes in de buurt tijdens het buitenspelen ben ik met duiven in aanraking gekomen. Ik ben begonnen met ‘gewone’ tilduiven en verslaafd geraakt aan de spanning om een duif te vangen. Wat was het vroeger een fantastische tijd. Niet op tijd eten omdat er een vreemde duif zat of de hele dag op het dak om te proberen om een vreemde te vangen en deze dan juist door je buurman gevangen zien worden. Ook je beste duif vergokken en een hele goede uit de buurt vangen, of op de fiets of met de tram naar de Zwarte Vogel in de Schalk Burgerstraat, de Springer in de Heesterstraat en Thunto in de Fahrenheitstraat voor een nieuwe duif, praatje, bakje koffie of een biertje was heel erg gezellig.
De eerste Spaanse duif die ik te zien kreeg was een rode Laudino duivin bij een vriend op de til. Het was een korte duif, leek wel een elastiek zo snel. De bijzondere rode kleur en de uitstraling spraken mij direct aan. Bij navraag was deze duivin afkomstig van Jack van Duin. Via hem kwam ik in 1998 in aanraking met de SIS en andere Spaanse rassen zoals de Gaditano en Granadino en de Jiennense. Wat een prachtige duiven! Deze wilde ik ook wel proberen op de til. Ik heb verschillende rassen op de til gehad met wisselend resultaat. Deze rassen zijn niet te vergelijken met de vangstcapaciteiten van de tilduiven. Uitzonderingen daar gelaten. Je houdt deze duiven voor jezelf en het is meegenomen dat je er af en toe eens wat mee vangt. Van alle rassen is Laudino Sevillano gebleven. Waarom dan dit ras? Wat mij toen het meeste aansprak was de actie die er in zat en de duivinnen waren zeer snel op de til. Dit was toen door de ‘tilduivenogen’ waarmee ik duiven beoordeelde. Momenteel vind ik vooral de uitstraling en de wratontwikkeling het mooist. Na de verhuizing van het dak naar de tuin werd het vangen nog minder belangrijk. Het proberen mooie jongen te fokken werd een nieuw doel. Ik kreeg dieren van Herman Warmenhoven en oud secretaris Charles van der Geest. In het begin wat laag gestelde dieren met dikke oogranden en wat kortere koppen, maar door te selecteren kwamen al snel de betere dieren. Echter was het vliegen nog niet helemaal wat ik wilde. Ik heb veel dieren weggedaan omdat ze niet vlogen.
10 jaar geleden kwam een droom en doelstelling uit. Een vijfdaags bezoek aan een show in Spanje. Het verslag staat in het bulletin van september 2005. Twee koppels Laudino’s van een fokker welke met de dieren vloog was het resultaat en de eerste kennismaking met Carlos Loza Fernadez. In 2011 voor de tweede keer naar Spanje om op zoek te gaan naar goed ontwikkelde vliegende Laudino’s. Door de hulp van Carlos hebben we deze gevonden bij fokkers in Sevilla en Malaga. We konden een aantal goede dieren aanschaffen. Mijn stam is momenteel goed vliegend maar nog niet af. Door verschillende lijnen nog onvoldoende uniformiteit. Dit is de uitdaging voor de komende jaren om te verbeteren. Ik ben lid geworden van de SIS om aan Spaanse dieren te komen. In 1998 waren er nog zeer weinig Spaanse dieren in Nederland. Tegenwoordig kan je rechtstreeks in contact komen met Spaanse fokkers en hun dieren bekijken via internet. Ik heb toen ik lid werd veel energie gestoken om in contact te komen met leden om dieren te krijgen of te lenen om verder te komen. Dit is een proces geweest van jaren investeren, momenteel wordt er wel eens gedacht dat als je lid wordt van de SIS dat de duiven je tegemoet komen vliegen. Dit laatste is trouwens een zeer belangrijk aspect. De Spaanse rassen moeten blijven vliegen! Er zijn al voldoende rassen die in een showvogel zijn veranderd.
Na zoveel jaren lid voel ik me thuis bij de club. We hebben leuke en gezellige clubavonden met een goede opkomst, een mooie clubdag met veel dieren van een prima niveau! Voor de toekomst denk ik dat we blij mogen zijn dat we al deze avonden kunnen blijven organiseren met voldoende afwisseling en dit mooie boekje kunnen blijven maken. We hebben echter wel de leden hier voor nodig. Iedereen die ergens aan mee wil helpen kan zich bij het bestuur melden. Een rasbespreking of een artikel voor het blad helpt al enorm om de variatie er in te houden. Ik weet dat mensen dit lastig vinden maar wij als bestuur kunnen jullie hierbij helpen door informatie te verstrekken of presentaties te maken. Als we dit gezamenlijk kunnen oppakken houden we het voor iedereen behapbaar en blijft ook het bestuur gemotiveerd. Ik denk dat wat we nu als vereniging bereikt hebben al zeer veel is en dit de komende jaren moeten continueren.Wat ik belangrijk vind binnen de club is dat we elkaar met respect behandelen en eerlijk zijn tegenover elkaar. Ook elkaar helpen om verder te komen door dieren uit te wisselen of advies te geven. Dit vond en vind ik nog steeds één van de leukste dingen om te doen, praten over duiven!
Ik ben Bas Mullekes en ben al lang pensionada maar in een vorig leven zat ik in de schoonmaakbranche en daar zat ik ook regelmatig te vergaderen net zoals tegenwoordig in het bestuur van de SIS. Ik heb op een onderbreking van 15 jaar na, mijn hele leven al duiven, Ik sta als éénjarige met mijn vader op de foto voor onze vollere in de Noorderbeekstraat. Via Arie de Jong ben ik aan de Jiennense gekomen. Ik vind dit ras mooi vanwege de uitstraling, de tilmanieren en het vliegen.
Ik ben lid van de SIS omdat ik Spaanse duiven bijzonder vind en het een leuke vereniging is die veel Spaanse rassen onder haar hoede heeft en ook allerlei soorten van leden. Verder vind ik het goed dat bij de SIS plaats is voor echte tentoonstellingsfokkers maar ook voor de liefhebbers van het echte vliegen. Ook erg belangrijk vind ik dat de SIS probeert de rassen in stand te houden door zich niet te al te rigide aan de standaards te houden, vitale mooie vliegende duiven, daar gaat het om. Ik zie als mijn grootste bijdrage aan de SIS, het bevorderen van het Allround Kampioenschap en het uitdragen van onze visie onder een breder publiek en zo wellicht meer mensen voor de duivensport te interesseren. Aan de leden zou ik mee willen geven dat dierenwelzijn een hot item is en dat we daar over na moeten denken, voordat anderen dat voor ons doen. Als we dat goed doen zijn we over 25 jaar nog een bloeiende vereniging.
Commissaris: Herman Warmenhoven
Ik ben werkzaam in een drukkerij en heb de eindverantwoording van het drukwerk dat wij maken, zowel in Oud-Beijerland als in Landgraaf. Ik ben getrouwd, heb duiven, Koi karpers, honden en sport graag. Een dag is te kort.
Duiven houden, mijn grootste hobby, gaat vaak van vader op zoon en zo ook bij mij. Het vangen van duiven was mijn passie op jonge leeftijd. Als je wat ouder wordt leer je meer over de sport. Het werken in de lucht van een doffer of een duivin is prachtig om te zien! Weer veel later ben ik mij gaan verdiepen in kleurvererving. Mijn eerste Spaanse duif was een gevangen nak (Granadino). Prachtig beest om te zien en daar wilde ik meer van weten. Ik kwam terecht bij de SIS, die toen 20 leden had. Vliegen en showen spreekt mij wel aan, ik werd lid en al snel gevraagd voor een functie in het bestuur.
Mijn oog viel op de Laudino Sevillano die ik nu nog heb, maar de meeste rassen heb ik er wel bij gehad. Het ‘’hoogtepunt” wat wij hebben bereikt met de SIS was meer dan 350 leden. Het mooie van het SIS bestuur is dat het binnen de paden zijn eigen weg bewandeld en iedereen in zijn waarde laat. De clubdagen vind ik geweldig, ondanks dat ik die dagen alleen maar bezig ben met opbouwen, keuren, etc. Vooral het 25- en 30-jarig jubileum van de SIS waren super! Wat ik met de SIS wil bereiken in de toekomst is moeilijk te zeggen, ik denk dat het continueren van wat wij nu hebben al belangrijk genoeg is. Leden en bestuur moeten dicht bij elkaar staan en met genoeg vrijwilligers kan je genoeg bereiken.
Er is mij gevraagd mezelf voor te stellen maar ik denk dat de meeste duivenliefhebbers en leden van de SIS mij wel kennen.
Ik ben getrouwd met Riet en wij hebben 2 dochters.
Ik heb al jaar en dag duiven en vogels. Eerst op jonge leeftijd bij een buurman in Delft toen ik nog bij mijn ouders woonde. Maar mijn ouders vonden het maar niets. Mijn vader had vogels dus ik denk ook dat het vooral aan mijn moeder lag.
Heel veel jaren later ben ik verhuisd naar De Lier (in 1989) en toen ben ik weer aan duiven begonnen. Eerst boeren pauwstaarten maar al heel snel kwamen de Indiase Pauwstaarten. Met een witte Indiase Pauwstaart ben ik nog kampioen geworden op de show in Doncaster.
Ik ben toen lid geworden van de EZHSV mede door Nico van Benten. Hier heb ik toen Loek van Hoek leren kennen (inmiddels overleden), wat een Topgozer was dat. Met hem heel veel meegemaakt, ik mis hem nog steeds. Loek had kroppers en hij heeft mij toen lid gemaakt van de SIS.
Langzamerhand ben ik toen van de Indiase Pauwstaart overgegaan naar de kroppers, mede door Loek. Ik heb toen een aantal jaren Gaditano’s gehad, wat ik nog steeds het mooiste ras vind. Maar wederom mede door Loek ben ik ook de Jiennense gaan fokken en ben toen gestopt met de Gaditano’s, tja, men moet keuzes maken.
De Morrillero heeft ook altijd een aantrekkingskracht gehad door zijn extreme kenmerken die dit kleine duifje laat zien. Door Simon v Leijen ben ik toen enthousiast geworden voor de Morrillero’s dus die heb ik nu nog steeds.
Tevens ben ik al een aantal jaar Keurmeester en keur ik o.a. de Kroppergroep.
Sinds een paar jaar ben ik ook vogels gaan fokken zoals Putters, Rode Kardinalen en Timbrado kanaries.
Daarbij, om een beetje fit te blijven, sport ik nog wat door hard te lopen.
Al met al best wel een druk leven, vandaar niet veel tijd meer over om nog in besturen te gaan. Maar na overleg met Riet, die voor mij alles op de computer doet wat niet voor mij weggelegd is omdat ik daar geen interesse in heb, ben ik in het bestuur van de SIS gestapt, waar ik samen met Riet al een paar jaar de clubdag mede mogelijk maak.
Ik hoop in goede gezondheid nog heel lang bij de SIS te kunnen blijven maar vooral het plezier van mijn duiven en vogels te mogen meemaken.
Ik ben al jaren lid bij de SIS waar ik mij binnen de club zeker op mijn plaats voel. Ik ben de trotste eigenaar van de Figurita Valenciana. Tegenwoordig een beetje een vreemde verschijning tussen de groep Spaanse kroppers maar voor mij toch heel gewoon in verband met zijn Spaanse temperament.
Wat ik het mooiste vind binnen de club is de nadruk op showen én vliegen met de duiven.
Toen ik de vraag kreeg of ik in het bestuur wilde komen heb ik daar niet lang over hoeven nadenken. Een gezellige groep mensen waar ik het goed mee kan vinden en waarmee we veel plezier binnen de hobby beleven. Bijdragen aan het succes van de SIS is wat ik wil. De laatste jaren hebben we al meerdere activiteiten samen ondernomen, op verschillende beurzen gestaan om de hobby te promoten en natuurlijk de clubdagen waar ik ook mag keuren. Daar komen ook dingen aan bod die bij de andere rassen niet behandeld worden maar die onze rassen zo mooi maken: actie, reactie naar de keurmeester, arrogantie enz. De kleur is bij ons minder belangrijk op de clubshow maar we proberen toch de dieren naar hun standaard op een rij te zetten.
Wat ik echt een heel bijzonder punt van de club vind is het: ‘’Allround Kampioenschap’’ Wat een aanvulling is dat op het geheel!!! Niet alleen het uiterlijk van de duiven beoordelen maar ook hun prestaties en raseigen vlucht beoordelen bij de fokker thuis!!!
Ik ben met mijn relatie, Ria woonachtig in Leiden en heb vier zoons. Van jongs af aan ben ik al besmet met twee fantastische hobby’s, witvissen en duiven. Ik denk dat het twee hobby’s zijn die beiden te maken hebben met veel spanning, bij het vissen gaat het er toch om, hoeveel en hoe groot zijn de vissen die ik vang. Bij de duiven gaat het ook om de spanning, wanneer krijg je die vreemde doffer of duivin zover dat ze een foutje maken en mijn til inlopen. In 2013 ben ik via Kees Mens in aanraking gekomen met Spaanse rasduiven en vervolgens door Kees lid gemaakt van de SIS. Ik had natuurlijk voor de Canario, Balear of Laudino kunnen kiezen, ik zit dicht bij het vuur omdat deze rassen in Leiden veel gefokt worden. Ik koos toch voor de Jiennense duif, een prachtige, actieve en temperament volle duif, die zeer goed vliegt en waar je ook nog wat achter kan vangen. Bij de SIS werd ik snel opgenomen en aan goede duiven geholpen door een aantal fokkers. Het showen van de duiven en het samenzijn met de fokkers vind ik altijd gezellig en heel leerzaam en hoop dit ook nog vele jaren te kunnen doen. Nu hoop ik als bestuurslid ook mijn steentje te kunnen bijdragen aan het succes van de SIS.
Ik ben sinds de jaarvergadering van 2015 de nieuwe penningmeester. Samen met Patrick Jansen heb ik de taken van Ruben Feurberg overgenomen. Het zal niet meevallen hem te evenaren ,maar ik ga in ieder geval mijn uiterste best doen.
Ik ben ongeveer 10 jaar lid van de SIS en fok Canaria’s en Balearen.
Ik zag dat Huub Vermeulen, Ruben Feurberg en Ben Ockenburg hun functie gingen neerleggen zodat er verschillende functies beschikbaar kwamen, maar er waren al een tijd geen belangstellenden. Ik ben toen gevraagd en heb daar vrijwel direct Ja opgezegd.
Mijn motivatie is dat ik het een leuke club van duivenmelkers vind, geen competitie, maar wel zo mooi mogelijke duiven laten zien op de clubdag of tentoonstellingen en van gedachten wisselen met diverse fokkers. Ik doe ook mee aan het Allround Kampioenschap, dat is een leuke dag waar alleen maar over de duiven wordt gepraat, zo kom je altijd wat te weten hoe een ander zijn duiven houd, daar leer je van.
Het is natuurlijk belangrijk dat de club financieel groeit, dit om verschillende activiteiten te organiseren, prijzen uitzetten voor tentoonstellingen en het clubblad te maken.
Op de jaarvergadering merkte Ruben al op dat de leden op tijd hun contributie moeten betalen, dat scheelt veel werk, en dat er op vergaderingen en de clubdag zoveel mogelijk loten worden gekocht, daar ben ik het helemaal mee eens, dit komt allemaal ten goede van de club.
Wat ook helpt is een advertentie van jou bedrijf/baas te laten plaatsen in het clubblad maar ook een fokkersadvertentie (2 x per jaar) is mogelijk of een combinatie daarvan, de kosten daarvan zijn niet zo hoog. Laat ook jou beste kant zien en niet alleen jou duiven, neem een advertentie !.
m.v.g Kees Mens
Ledenadministratie Arend Zoutenbier
Als pensionado en lid van de SIS met wat vrije tijd wil ik proberen om onze hobby, het kweken en vliegen met de Iberische rassen meer onder de aandacht te brengen van anderen en op deze manier ook de SIS in het zicht te plaatsen van mensen die op zoek zijn naar een nieuwe hobby. Als nieuw lid binnen het SIS bestuur wil ik mij daarom even voorstellen, als jongen had ik al tilduiven, ook toen al op balkon zoals we allemaal zijn begonnen met een sinaasappelkistje en een deurtje ervoor. Rond 1990 ben ik opnieuw met duiven in aanraking gekomen dat waren voor de gezelligheid wat dieren achter op het balkon gewoon boeren meeuwtjes en wat pauwstaarten, leuk die duiven die gewoon de hele dag rond vlogen deze dieren zijn er nog alleen op een andere manier de meeuwtjes en pauwstaarten zijn nu wat tilduiven.
In 2004 ontdekte ik de Figurita Valenciana klein, koket en temperament vol wat voor mij om dat ik weinig ruimte heb de oplossing was om toch mijn hobby te kunnen behouden en te genieten van mijn dieren. In de loop der jaren zijn er wat rassen bij gekomen en ook weer verdwenen vanwege het temperament van de Figurita Valenciana en eigenlijk alle Iberische rassen ben ik van deze rassen gaan houden en is de Figurita Valenciana gebleven als het ras waar ik nog steeds met plezier naar kijk en van geniet. Een aantal jaren geleden heb ik het ook geprobeerd met de Morrillero Alicanto, zijn manier van vliegen heeft mij laten zien hoe bijzonder dit ras is, eenmaal op het hok raakte ik ook onder de indruk van zijn temperament. Maar Morrillero Alicanto en show is geen succes, eenmaal getraind voor de show is de vliegcapaciteit er uit gehaald dus deze methode zijn we vanaf gestapt op dit moment heb ik nog één Morrillero Alicanto die alleen voor het vliegen is getraind en dat is een groot succes en een genot om hem te zien gaan en dat de gehele dag, en zijn temperament heeft hij ook nog, hij weet drie duivinnen aan zich te binden. Daarnaast heb ik een keer een Moroncelo opgevangen van een SIS- lid in ruil daarvoor kreeg ik een ei mee wat ik door een koppel Figurita Valenciana heb laten uitbroeden, dit was een koppel wat los vliegt. Het vliegen heeft hij ook direct over genomen later heb ik een duivin er bij gekocht en dan zie je weer een andere manier van vliegen, dit stel vliegt de hele dag en meerdere keren per dag altijd samen en synchroon hij zal altijd zijn duivin afschermen. En hier door ben ik eigenlijk van de speelduifjes over gestapt op de Spaanse rassen vanwege hun bijzondere capaciteiten en gaan de andere rassen bij mij plaatsmaken voor deze rassen met bijzondere technieken. Er is nog één ras waar ik eigenlijk nog naar uit kijk en dat is de Catalaanse Tuimelaar en dit vanwege zijn zeldzame kleurstelling, als ik deze tegenkom dan maak ik toch weer ruimte in mijn hok vrij.
Ik ben getrouwd met Rianne en heb drie dochters. In het dagelijks leven werk ik als re-integratiespecialist/consultant MKB op het gebied van verzuim en wetgeving. Daarnaast ben ik eigenaar van een bedrijf in de hengelsport.
Ik kwam op 8-jarige leeftijd in aanraking met duiven door de vader van een vriendje uit de buurt. Het duurde niet lang of ik was meer bij zijn duiven te vinden dan dat ik met mijn vriendje speelde. Toen ik 10 jaar was heb ik mijn eerste duiven gekregen. Eerst postduiven en vanaf mijn 13e ben ik mij op tilduiven gaan richten. Na een korte tijd zonder duiven heeft mijn vrouw mij min of meer weer aan de duiven geholpen. Al snel had ik weer een vluchtje.
Het was dan ook mijn vrouw die het SIS-bulletin tegen was gekomen bij een vriend en mij als verjaardagscadeau lid wilde maken van het ‘tijdschrift’ en mij op die manier, zonder het te weten, lid maakte van de SIS. Al snel voelde ik mij thuis en begreep op vergaderingen dat het ‘tijdschrift’ zou verdwijnen omdat er geen opvolging was voor de toenmalige redactie. Ik ben met hulp van Herman Warmenhoven in het diepe gesprongen en maak sindsdien tweemaal per jaar het SIS-bulletin. Uiteraard kan ik dat niet zonder de input van onze leden en het bestuur. Dus lof voor allen die het voor mij mogelijk maken het bulletin altijd weer te vullen met leuke artikelen.
De SIS is een mooie club. Heb respect voor elkaar en de rassen. Gebruik je gezond verstand en we zullen nog jaren van deze mooie club kunnen genieten.